En dan sta je ineens in de Margriet. Volgens betrouwbare bron één van Nederlands grootste en oudste weekbladen. ‘Voor vrouwen van alle leeftijden’ zegt Wikipedia. In mijn beleving is, tot op de dag van vandaag, de Margriet een blad dat mijn tantes lazen (en misschien nog steeds lezen) toen ik jong was. Ik las liever de Viva. En later, toen ik wat meer te besteden had, de Cosmo. Mijn jongste dochter leest trouwens nu de Cosmo Girl. Het bestedingspatroon is mee geëvolueerd.
De Margriet dus. Een interview in de rubriek Happy & Healthy waarin ik vertel over over de kick van triathlon. Want dat geeft het mij nog steeds, een kick! Na mijn tweede sprint triathlon in het najaar, besloot ik ervoor te gaan. Coach Josta deed mij een mooi aanbod. Zij zou mij coachen door voor wekelijkse trainingsschema’s te zorgen, ik mocht deelnemen aan haar trainingen en we zouden toewerken naar de Ironman Olympische Afstand in Zürich in de zomer van 2019. Al snel werd het doel verlegd. Na Zürich komt Mallorca. Een halve triahtlon in het vooruitzicht vergt een serieuze aanpak!
De econmische crisis vond, en vindt, zich vooral plaats op mijn bankrekening want oh, wat kun je je verliezen in deze sport. Inschrijfgeld voor een wedsttijd loopt al gauw tegen de vijftig euro en voor een wat grotere wedstrijd al snel richting de tweehonderd euro. Dan is er nog de coaching, het trainen in een groep, de kleding (winterkleding blijkt voor rennen en fietsen toch ook wel handig), toch nog een nieuwe helm, een metertje voor op de fiets (ik weet nu wat RPM is dus dan wil ik dat wel bijhouden). En dan doe je een bikefit. Als absolute beginner kocht ik in het voorjaar een in mijn ogen prachtige racefiets. Ik vond het een wereldschokkend bedrag dat ik uitgaf, niet wetende dat sommige triathleten met gemak het drie of viervoudige uitgeven. Trots heb ik deze zomer wat tochtjes gemaakt op mijn Liz. Fietsen hebben namelijk een naam, net als auto’s. Ik moet zeggen dat ik het heel vermoeiend vond, die ritjes buiten. Ik weet het aan mijn ongetraindheid en daar zit ook best een grote kern van waarheid in. De bikefit dus. Voor de echte leken onder ons: dat is een meting van zo ongeveer alle onderdelen van je lichaam. Stukjes arm, stukjes, been, hele benen, romp, handen, totale lengte, etc wordt gemeten. Al die gegevens stopt men in een computer en daar rolt een fiets uit. met de perfecte maten! Volgens de bikefit dus, was ik redelijk in proportie. Wel erg klein, maar dat was geen nieuws. Voor mij althans. Mijn fiets mocht mee en werd ook gemeten. Helaas waren wij geen match, Liz en de computerfiets. Liz is te groot. Of ik te klein. het is maar net hoe je het bekijkt. De economische malaise duurt nog even voort, gezien het feit dat Liz inmiddels op internet in de uitverkoop is gedaan. Ik hoop dat Liz een mooi tweede thuis krijgt. En ik een passende nieuwe Liz.
Intussen kijk ik uit naar mijn trainingsweek op Lanzarote. Want ja, er is volop keuze in trainingsweken op prachtige eilanden waar de zon schijnt als wij hier dieper onder onze dekbedden duiken. Wie wil dat nu niet? Dus heb ik een volledig verzorgde week geboekt naar het trainingswalhalla voor triathleten. Zwembad voor de deur, zee in de verte, ruime asfaltwegen door de bergen en, dat stond niet in de flyer, altijd wind. Laat ik daar nu een bloedhekel aan hebben! Wind doet mij denken aan eindeloze fietsritjes naar school. Altijd wind tegen. Heen en terug. Op een tweedehands gifgroene fiets, Te groot. Toen al. De fietskoffer (waar is de tijd dat je gewoon een kartonnen doos om je fiets deed?) is gehuurd, de paklijst en het trainingsschema kreeg ik per mail. Ik heb de bijlage nog niet geopend. Ik ben bang dat ‘relaxen’ niet in Excel past. Op mijn telefoon heb ik de weer app van Lanzarote al tevoorschijn getoverd. Warm is het zeker, dat scheelt.
Terwijl ik dit stukje tik aan de keukentafel zie ik in mijn ooghoek het aangeschafte whitebord staan. Keurig per week en per sport een schema. Wat ik welke dag moet doen, ik kan er (letterlijk) niet omheen. Ik zie, en weet, dat vandaag ik nog had moeten fietsen. Drie kwartier op de Tacx, binnen. Het is er niet van gekomen. Ik moest naar de Albert Heijn, de laatste Margrieten scoren! En daarna een blog schrijven, want er staat namelijk in een van de eerste zinnen dat ik ‘ oprichter’ ben van mijn blogjes. Dan kan ik vrouwelijk Nederland niet zonder laten zitten.
En waar is die kick dan, hoor ik je denken? Die kick van triathlon? Het kost tijd, het kost (heel veel) geld, je wordt er best heel moe van, je ‘moet’ bijna elke dag trainen. De kick komt vaak als je er niet aan denkt. Afgelopen zaterdag wilden mijn dochters mee naar de Watt bike training. Een soort spinning. Binnen knallen op een fiets. Denk type hometrainer uit de Wehkamp van vroeger. Ik waarschuwde dat er na het fietsen ook nog een duurloopje op het programma stond. Ik pakte een tas met kleding in en we fietsen in de vroege ochtend naar het sportcomplex. Drie kwartier later zag ik alleen nog maar verhitte hoofden en bezwete lichamen. We trokken onze loopkleding aan. ‘ Weten jullie het zeker?’ vroeg ik. ‘ We gaan nog drie kwartier lopen.’ We gingen op weg. In rustig tempo liepen we richting het water. De zon scheen en je hoorde alleen de hijgende ademhaling van ons groepje. De lucht was helder en blauw. Ik liep met mijn dochters samen, buiten. Ik was blij. De endorfines deden hun werk. Zo’n moment. Dat is de kick die traithlon heet. Voor mij niet alleen de wedstrijd, het neerzetten van een goede tijd. Op zaterdagmorgen met mijn dochters fietsen en rennen. Samen. Op weg naar Zürich. Op weg naar Mallorca. De reis ernaartoe is alles waard.